De eerste twee weken van de zomer vielen erg tegen. Niet alleen viel in grote delen van het land flink wat regen, ook waren de temperaturen laag. Tot en 12 juni bedroeg de gemiddelde temperatuur in De Bilt 13,3 graden tegen 15,7 graden normaal. Daar zitten we dus 2,4 graden onder. Hoewel het ook de komende nog wisselvallig weer is, is de verlossing mogelijk in zicht. Aan de horizon lijkt het patroon eindelijk om te slaan.
Tijdens de presentatie van de zomerverwachting voor dit jaar (tijdens de Zomermeeting 2024 in het Limburgse Lomm) hebben we er al uitvoerig bij stilgestaan. We hadden op dat moment voor deze zomer drie opties op tafel. Er was de mogelijkheid dat het een hete en droge zomer zou worden (kans 20 procent), er was de optie dat het een warme en wisselvallige zomer zou worden (kans 30 procent) en er was een scenario dat het een mengvorm van de eerdergenoemde 2 opties zou worden (kans 50 procent). Namelijk een zomer die wisselvallig zou beginnen, maar – naarmate de tijd vordert – steeds droger en warmer zou moeten verlopen.
Negatieve NAO-index
Die wisselvallige start van de zomer hebben we nu. We zitten er middenin. Verrassend is daarbij hoe laag de temperaturen de afgelopen twee weken waren. Dat was vooraf duidelijk niet verwacht. Tijdens de zomermeeting hadden we ook bedacht dat die wisselvallige start van de zomer aan een negatieve NAO-index te koppelen zou zijn. Die inschatting is tot nu toe juist gebleken. De NAO-index is in juni zover daadwerkelijk (sterk) negatief geweest.
De NAO-index vertelt iets over het luchtdrukverschil tussen IJsland aan de ene en de Azoren aan de andere kant. De afgelopen twee weken was de luchtdruk bij IJsland hoog en bij de Azoren relatief laag. Daardoor was de NAO-index negatief. In de zomer zie je dan dat het weer in Noordwest-Europa wisselvallig en nu ook koel ia. Het belangrijkste hogedrukgebied lag lange tijd op de Oceaan ten westen van de Britse eilanden. De lagedrukgebieden waren juist bij Schotland, boven Scandinavië en boven Centraal-Europa actief. De extreme regenval in de Alpen en het zuiden van Duitsland was daar een direct gevolg van.
Situatie moet omkeren
Om de zomer bij ons in het zadel te krijgen, moet die situatie omkeren. Voor mooi weer bij ons is het gunstiger dat lagedrukgebieden in de buurt van IJsland liggen en het hogedrukgebied in de buurt van de Azoren. Aparte hogedrukcellen, die zich in dat geval van het Azorenhogedrukgebied afsplitsen, trekken dan met enige regelmaat naar het noordoosten, via de Britse eilanden en onze omgeving naar het noordoosten van Europa. En brengen steeds nieuwe golven met warme lucht vanuit het zuiden met zich mee. Tussendoor kan nog wel eens een onweersstoring passeren, maar het hoeft natuurlijk ook niet alleen maar droog te zijn. In onze zomerverwachting gaven we aan dat een omslag van een negatieve naar een positieve NAO-index zich ergens halverwege de zomer zou moeten kunnen afspelen, dus ergens in de julimaand.
Als we de verwachting voor de komende week bekijken, verandert niet meteen iets in de luchtdrukverdeling. Tot en met dinsdag is de luchtdruk bij IJsland nog steeds hoog en zien we voor de Europese westkust een uitzakking van lagedruk. Zo’n patroon is in de zomer kenmerkend voor een negatieve NAO-index. Vanaf woensdag lijkt het te veranderen. Dan verschijnt er op de weerkaarten ineens een lagedrukgebied in de buurt van IJsland. Het Azorenhogedrukgebied begint vanaf dat moment ook meteen met het afvuren van aparte hogedrukcellen op onze omgeving. Daardoor zou het weer vanaf volgende week woensdag niet alleen stabieler, maar eindelijk ook zonniger en duidelijk warmer moeten kunnen worden.
Er is licht aan de horizon
Ook de NAO-index reageert meteen. Is die de eerste dagen van de nieuwe week nog duidelijk negatief, vanaf woensdag zoekt hij neutraal terrein op. Positief is de index dan nog niet, maar we komen er wel dichtbij. Het is dan natuurlijk de vraag of dit de echte doorbaak is, waarop we al zo lang wachten. Dat is nu nog niet te zeggen. Wel is het een flinke stap in de goede richting, zo goed dat we nu eindelijk eens kunnen zeggen dat er licht is aan het einde van de tunnel.
Jouw foto op Weerverteller.nl?
Stuur je foto naar foto@weerverteller.nl, of via X met de vermelding van @weerverteller