In Velp zwemmen alweer jonge pulletjes rond
Reinout van den BornBomen staan alweer in de knop, hier en daar bloeien struiken en op allerlei plaatsen worden nog wespen of andere insecten gezien. In het villapark in Velp loopt zelfs een nijlgans met jonge pulletjes rond. En het is nog maar december.
Kou ontbreekt steeds vaker in onze winters. De natuur komt daardoor niet helemaal meer tot rust. Egels hebben moeite hun winterslaap te vatten, vlinders vliegen soms door en de nijlgans blijft maar broeden. Deze gans, in 1967 als exoot in Nederland terechtgekomen, heeft zich in de afgelopen decennia in onze omgeving spectaculair vermeerderd.
Enorme toename nijlganzen
Volgens de Vogelbescherming bedroeg het aantal broedparen van nijlganzen in ons land in 2018 tot 2020 al tussen 7700 en 13.000. Daar komen de overwinteraars nog eens bovenop, in 2016 tot en met 2021 ieder jaar tussen 38.900 en 43.100. En de doortrekkers, met jaarlijks tussen 50.100 en 56.300 vogels. Ook die zijn geteld in de periode tussen 2016 en 2021.
Omdat de nijlgans in Europa inmiddels als een invasieve exoot te boek staat, mag hij actief worden bestreden. Ook bij ons is er nu afschot van nijlganzen, waardoor de groei van de soort minder snel dan eerder verloopt. Volgens de Vogelbescherming gaat de groei van de nijlgans in Nederland tot nu toe overigens niet ten kosten van een andere soort.
Overal in Nederland in de buurt van water
Nijlganzen komen bij ons overal in de buurt van water voor. Ze foerageren op graslanden, waar ze gras en kruiden eten. Ook eten ze oogstresten op bouwland, en dan met name mais. Verder doen ze zich tegoed aan waterplanten, zoals fonteinkruiden.
En dan die voortplanting. Hoewel de broedtijd meestal van eind maart tot eind mei is, kunnen nijlganzen het hele jaar broeden. En dus ook middenin de winter. Ik herinner me nog hoe we ooit in het Sonsbeekpark in Arnhem, in februari, terwijl het vroor en met ijs op het water, een moedige nijlgans met een rij pulletjes erachter tegenkwamen. Het stel zocht een rustige plek, uit de koude wind. Het broedsucces van de vogel is daarmee wel verklaard.
Het blijft een opmerkelijk verhaal
Toch blijft het opmerkelijk dat een soort, die oorspronkelijk vanuit Afrika afkomstig was, en bijvoorbeeld langs de oevers van de rivier De Nijl voorkomt, het in Europa zo goed doet. Wat begon met een paar ontsnapte siervogels, is inmiddels tot een indrukwekkende populatie uitgegroeid die niet meer uit de Nederlandse natuur is weg te slaan.
En in Velp worden dus, inderdaad midden in december, weer nieuwe leden aan die ganzengemeenschap toegevoegd. Wie ze wil zien, kan ze in het park eenvoudig vinden.
Mis ook deze verhalen niet:
Definitieve winterverwachting 2025: vroege start, volgt er meer?
Zijn er nog geitenpaadjes die de winter de komende tijd kan nemen?
Volg ons ook op facebook en X!
Jouw foto op Weerverteller.nl?
Stuur je foto naar foto@weerverteller.nl, of via X met de vermelding van @weerverteller