Enige tijd geleden schreven we op deze site een verhaal waarin de teloorgang van de Nederlandse winter centraal stond. Conclusie was dat er heel wat moet gebeuren om het in de toekomst in Nederland nog een keer tot een koude winter te laten komen.
Voor lezer Marco Lünnemann uit Hoef en Haag was het verhaal de reden om een reactie te sturen. Hij schrijft: ‘Ik heb sinds enkele weken je website weerverteller.nl ontdekt. Ik lees met interesse de artikelen. Ik wil graag reageren op het artikel van 24 oktober over de teloorgang van de Nederlandse winter. Met de opwarming ervaren we steeds minder koud winterweer. Ik verwacht echter in de komende paar winters wel een te koude winter, dus rond het zonnemaximum. Ik licht toe hoe ik hier op kom’.
De rol van de zonnevlekkencyclus
Dat er een relatie is tussen de zonnevlekkencyclus en het in onze omgeving optreden van – groepjes – koude winters, is bekend. Onder liefhebbers van winterweer wordt er vaak over gesproken. Meestal is het idee dat ze voornamelijk rond het zonnevlekkenminimum optreden. Daar wordt door winterliefhebbers dan ook met spanning naar uitgekeken.
Er viel Marco Lünnemann echter iets op: ‘Het algemeen beeld is dat rond de zonneminima de kans op te koude winters groter is, maar dat is niet altijd zo’, zegt hij. ‘Enige jaren geleden viel mij iets op aan de koudste winters in de zonnecycli. Bij een lager zonnemaximum valt de koudste winter niet rond het volgend zonneminimum, maar juist rond het volgend zonnemaximum’.
Lagere maxima en koude winters
Zo waren er lagere zonnemaxima rond 1893, 1906, 1917, 1928, 1969 en 2014. De koudste winters na deze lagere zonnemaxima vielen respectievelijk in 1907 en 1909 (voortkomend uit het lage maximum van 1893), 1917 (na het lage maximum van 1906), 1929 (na 1917), 1940 (na 1928) en 1979 (na 1969). Allemaal winters dus die ten tijde van een zonnevlekkenmaximum vielen, en wel het eerstvolgende maximum na een eerder laag zonnevlekkenmaximum.
Een aantekening hierbij is, aldus Lünnemann, dat 1940 wel al in de terugweg van het zonnemaximum viel (zit op het randje dus). Het zonnemaximum van 1917 was wat minder laag, maar wel lager dan de meeste andere maxima in de vorige eeuw en tegelijk was er sprake van een smal piekje. En nog even voor de duidelijkheid: het gaat dus om de koudste winter uit een cyclus, waarbij rond het minimum zeker ook koudere winters kunnen zijn voorgekomen. Verder valt op dat de koudste maanden in die winters meestal januari en februari zijn.
Hoge maxima en koude winters
Volgens Lünnemann is het tegelijkertijd ook zo dat na een hoger zonnemaximum de koudste winter uit de cyclus rond het volgende zonneminimum moet vallen. Zo valt de allerkoudste winter van de vorige eeuw, 1963 na het hoogste zonnemaximum sinds 1901. Alleen de winter van 1947 valt op deze manier buiten de boot. Het systeem werkt dus niet altijd.
Het laatste, erg lage zonnemaximum viel in 2014. Sindsdien zijn er eigenlijk geen koude winters geweest, ook niet rond het minimum van enkele jaren gelden. Met een beetje fantasie zou je de winters van 2017, 2018 en 2021 tot de iets koudere kunnen rekenen, die bij dat minimum hoorden. Met de opwarming van de aarde in het achterhoofd, zouden die in het verleden mogelijk ook wat kouder zijn geweest. Maar het past in het beeld dat Lünnemann hierboven schetst: eigenlijk zou de koudste winter uit de cyclus dus één van de komende jaren pas moeten komen. Want nu zitten we in het eerste zonnemaximum ná dat lage maximum van 2014.
Systeem is niet waterdicht
‘Een uitgebreide analyse van de historische winters 1706-1900 heb ik nog niet gedaan’, zegt Lünnemann, ‘maar bovenstaande lijkt meestal wel te kloppen, echter niet altijd. Waterdicht is het dus niet. Ik zie het dan ook als een hoge kans van optreden, de komende jaren’.
Hoe dit precies zou moeten werken, is moeilijk te verklaren. Er bestaat een verband tussen het optreden van een QBO-west boven de evenaar tijdens een zonnemaximum en de kracht van de poolwervel boven de Noordpool, die dan meestal geringer lijkt te zijn. Bij dit verband is niet gekeken naar de kracht van het zonnemaximum, zoals dat op die momenten optreedt.
Zitten we dichtbij een koude winter?
Ook de komende winter wordt de combinatie van een zonnemaximum en een QBO-west verwacht. Het is één van de factoren die mede aan de komende wintermaanden vorm gaat geven. Het is nu extra interessant om te volgen hoe die winter zich gaat gedragen en feitelijk geldt dat waarschijnlijk ook nog voor de winter daarna. We houden het in de gaten. De winterverwachting komt volgende week op 23 november tijdens de Wintermeeting.
Mis ook deze verhalen niet:
30-Daagse: meteorologische winter in zicht en weer wordt interessant
Winterverwachting: aanloop naar de winter is heel anders dan die van vorig jaar
Winterverwachting: de teloorgang van de Nederlandse winter uitgelegd
Volg ons ook op facebook en X!
Jouw foto op Weerverteller.nl?
Stuur je foto naar foto@weerverteller.nl, of via X met de vermelding van @weerverteller